Het Devenderps cursiefje

Van onze buitenlandcorrespondent:

Gisteren sprak ik met boer Alatheus. Niet persoonlijk natuurlijk: de quarantaineregels dienen in acht te worden genomen, maar via Face Time.

Alatheus is (met een beetje hulp van de verpleegster) mee met zijn tijd.

Hij is intussen 88 en woonachtig in het WZC ‘Rust Roest’ hier te lande.

Natuurlijk ging het gesprek over de coronacrisis.

Of hij al een mondmasker had, vroeg ik hem.

“Nee” zei hij maar hij had in de gazet gelezen dat er te weinig waren.

Het deed hem een beetje denken aan de oorlog, toen er ook van alles te kort was.

Hij vertelt er graag over, de mensen moesten toen hun plan trekken.

Dat maakte dat ze voorzienig waren. Mijn vader zei altijd: “Voor de winter moet je op uwen hof twee zwarte plekken hebben: één van de kolen en één van een varken te branden. Dan kon je voort he, als er ne keer ne rare tijd kwam.

Dat waren natuurlijk maar simpele mensen die ochottekes tot hun veertien jaar naar school waren geweest. Maar als je dan in de gazet leest over dat tekort van die mondmaskers en doktoorsgerief en zo, dan denkt je toch, allee, en die ministers zijn zo lang naar school geweest...”

JD

P.S. Belleman: Ik herkende de wat rare naam Aletheus. Afgeleid van het Griekse woord aletheia = waarheid. Aletheus zou je dus kunnen uitleggen als hij die de waarheid spreekt.