Wat een lef

Ook bij onze Voorzitter van de Onafhankelijke Republiek Overnelle kan de boog niet altijd gespannen staan. Nu en dan knijpt hij er even tussenuit, niet te ver want je kan zo een belangrijke bestuursopdracht van een enclave met 48 inwoners, 4 koeien en 113 raspaarden niet aan eender wie overlaten!

Maximum twee uur rijden en waar men hem nog begrijpt in zijn eigen taal iets wat in bepaalde winkels van de aanpalende Vrijstaat soms vergeten wordt. Het Zuidoosten van het naburige koninkrijk serveert grote porties, begrijpt zijn taaltje en heeft een kilometerslange fietsbaan zonder één helling. En… het heeft wat niveau want het ligt vaak tussen de 500 en de 694 meter boven de zeespiegel, gemeten in platte rust. Het lijkt wel of men er vergeten is dat men er twee keer een belangrijke match verloor toen er nog geen sprake was van door speelholen en biergiganten gesponsorde voetballers.

Eenmaal terug stond Belleman, nieuwsgierig als hij is, klaar om het verhaal van onze grote Roerganger te aanhoren. Hij was duidelijk uitgerust door de vele vakantie inspanningen!

“Weet je Belleman, ik volg stipt alle regels van Corona. Maar ik kan je verzekeren dat de maatregelen die het koninkrijk genomen heeft amper gecontroleerd worden. Waar ik logeerde begon tien meter verder het dubbele land van de Mannschaft en zoals je weet dien je heel wat maatregelen te volgen wil je naar het buitenland in deze overgangsfase van de vieze russen. Wel, ik had aan geen enkele van deze voldaan en toch stapte ik tien (!) meter over de grens het vreemde land in zonder enige controle! Ook bij mijn terugkeer geen vliegende brigade van het koninkrijk om me attent te maken dat er nog steeds een stille oorlog woedt tegen het beest.”

Met “Ja maar tien meter ver, Voorzitter dat is niet veel!” probeerde ik zijn heilige verontwaardiging te sussen. “Niks daarvan Belleman, de dag nadien stapte ik zeker 23 meter de grens over en hetzelfde resultaat! Waartoe dienen al die reglementen?

Hij ging door op zijn elan “Nog twee weken en ik kan hier in onze geliefde Republiek de mondmaskerplicht afschaffen, de wereld wordt er opnieuw wat lelijker op… Misschien moeten we eens denken aan een lokaal festival? Geen rock dat doen ze in de Vrijstaat al, misschien iets met volksdans en doedelzakken? Kijk eens uit, jij komt nog wat overal.”

“Zal ik zeker doen, Voorzitter!” zei ik terwijl ik hoofdschuddend zachtjes de enorme eiken deur sloot van het heilige der heiligen. Hij wordt er niet jonger op, dacht ik bij mezelf, maar wel in ultieme stilte… stel je voor dat hij deze gedachte kon lezen!

 

Belleman